Vanuit de jaren 60 is de opvoeding van kinderen steeds meer gedemocratiseerd en meer gericht op persoonlijk geluk.
Een moeder in de jaren 50 en vroege jaren 60 was een goede moeder wanneer ze goed voor het huishouden, schone kleren en een koekje bij de thee zorgde. Tegenwoordig is zowel het huishouden als het koekje bij de thee niet meer relevant voor het begrip goede moeder.

Persoonlijk geluk en individualisering zijn ervoor in de plaats gekomen. Ieder gezin en iedere ouder moet in deze tijd zelf uitvinden wat belangrijk is en hoe men met elkaar om wil gaan. Bovendien is er geen vanzelfsprekende  “social society”  meer om gezinnen heen waar kinderen een beroep op kunnen doen en waar ze van kunnen leren.

Huidige thema’s

Naast het streven naar geluk spelen persoonlijke competenties een belangrijke rol. We gunnen ieder kind mooie en sociale kwaliteiten en vaardigheden en ouders vinden goede cijfers en een hoge opleiding steeds belangrijker.
Daarentegen vallen steeds meer kinderen buiten de boot binnen het onderwijs doordat het voor hen niet passend is. Pesten wordt ook een steeds groter thema op scholen.

Kennelijk heeft de schaalvergroting en individualisering niet alleen maar voordelen gebracht voor de huidige generatie kinderen. Er zijn steeds meer ouders en kinderen die hulp vragen voor onderwijsondersteuning, opvoedondersteuning en versterking voor dagelijkse uitdagingen.

Het ik en de ander

Wanneer er hoge eisen aan kinderen worden gesteld op het gebied van geluk, van sociale vaardigheden en presteren op school, is er een groep kinderen die daar last van krijgt. Kinderen hebben anderen nodig om zich te kunnen ontwikkelen.

Als baby heeft een kind als belangrijkste taak zich te leren hechten aan zijn ouders en vanuit de veiligheid die zij bieden de wereld te gaan ontdekken. Het leren verwerken van allerlei situaties en prikkels hoort daarbij. Het kind leert zo de wereld om zich heen kennen en krijgt een intern model van hoe de wereld functioneert en wat zijn eigen rol daarin is.
Een kind leeft altijd binnen een sociaal geheel en moet leren hoe het binnen verschillende groepen kan functioneren.

Het gezin, de familie, school, vriendjes, clubs, overal moet het kind zich leren aanpassen en zijn eigen plek en bewegingsruimte vinden. Iedere situatie doet een ander beroep op een kind. Zo zie je bijvoorbeeld een categorie kinderen die het op school prima doen, maar thuis vele boze buien uitleven.

Weerbaarheid en sociale vaardigheden

Het valt mij op dat heel veel kinderen iets hebben te leren op het gebied van grenzen. Het aantal weerbaarheidstrainingen en sociale vaardigheidstrainingen wordt ook ieder jaar groter. Voor veel kinderen is dit helpend en op vele scholen ontstaat er hierdoor ook een mooie sociale omgangsvorm en een gemeenschappelijke taal. Echter kinderen hebben ook te leren dat ze de ander nodig hebben in hun leven en hoe ze zich tot een ander verhouden.

Drie bewegingen

De ideale houding die wij als mens kunnen hebben is stevig staan voor wie en wat wij zijn in contact met de ander. Kinderen kunnen dit leren als wij een goed voorbeeld geven. En dat valt nog niet altijd mee.
Er zijn pakweg drie bewegingen:

  • Agressief
  • Sub assertief
  • Assertief

Wanneer kinderen assertief kunnen reageren, kunnen ze ook rekening houden met een ander en daar worden kinderen werkelijk gelukkiger van. Juist het van betekenis zijn voor een ander maakt mensen gelukkig. Het alleen opkomen voor de eigen belangen maakt eenzaam. Het is daarom van belang dat we kinderen leren assertief te zijn, zodat ze zowel een afweging maken over hun eigen belangen en die van anderen. Zo groeien kinderen op met een gezond zelfbewustzijn en vertrouwen in henzelf en anderen.

Hoe kunnen we kinderen helpen naar assertiviteit

Allereerst is het van belang om erachter te komen welke neiging kinderen hebben om hun eigen plek te creëren.
Ik gebruik daarvoor een lang rood touw en nodig kinderen uit hun eigen plek te vormen op de vloer.
Ik zie drie bewegingen:

  • Agressie:
    Dit zijn de kinderen die het touw in een mooie cirkel leggen en hun ruimte met een zelfbewust lichaam innemen. Ze maken oogcontact als ze klaar zijn en soms dagen ze licht uit met hun ogen. Wanneer ik probeer aan hun grenzen te morrelen of de ruimte binnenstap, reageren ze met een meer of minder defensieve houding. Ze maken hun lichaam groter, maken oogcontact en nemen soms zelfs een vechthouding aan.

    Dit zijn de kinderen die rustig mogen leren dat niet elke toenadering een gevaar inhoudt. Ze kunnen gewoon leren doorademen en leren vragen of de ander rekening met hen wil houden.

  • Sub-Assertief:
    Deze kinderen vinden het erg moeilijk om een ruimte voor zichzelf te maken. Ze vinden dat iedereen bij hen mag komen en weten niet hoe ze zich kunnen begrenzen. Ze staan een poosje verloren met het touw in hun handen rond te kijken. Wanneer ze met hulp wel hun eigen ruimte weten te vormen, verlaten ze deze zodra je er naar binnen wandelt en het touw gaat verschuiven.

    En dit is precies wat hooggevoelige, gepeste en niet weerbare kinderen doen.

    Ze geven de regie aan anderen en bij veel kinderen leidt dit op een later moment tot woede uitbarstingen, drift en huilbuien.

    Wat deze kinderen mogen leren is bewustwording van het gebruik van hun lichaam, het maken van oogcontact, reguleren van de ademhaling en verzoeken doen aan anderen om rekening met hen te houden. Belangrijk is dat ze vanuit hun lichaam het gevoel hebben en tonen dat ze ertoe doen. Daarvoor is vaak enige extra coaching nodig.
    Het verbijsterende is dat door deze oefening met het touw en het onderzoeken van de situatie met behulp van de taart rood & groen meerdere kinderen binnen één coachingssessie zich vele malen sterker voelen. Bovendien stopte pesten per direct.

  • Assertief:
    Deze kinderen hebben weinig aanmoediging nodig. Zij schijnen automatisch aan te voelen hoe groot de ruimte is die ze nodig hebben. Ze verdedigen hun grenzen voor en achter hen op een rustige en natuurlijke manier.

    Bij deze kinderen is de oefening met het touw een test en een bevestiging hoe gemakkelijk ze met anderen om kunnen gaan. Met een goed en vertrouwd gevoel over zichzelf en over de ander.

Aangezien de opvoeding van kinderen steeds individueler is geworden,  lijkt het dat kinderen ook meer moeite hebben met het ervaren van hun eigen ruimte en het verdedigen van hun grenzen. Veel kinderen hebben grensproblemen die zich uiten in hele andere hulpvragen zoals boosheid, pesten, hooggevoeligheid, concentratieproblemen !!, faalangst !! om over adhd, pdd-nos en andere etiketjes nog maar te zwijgen.

Inmiddels heb ik met vele kinderen, maar ook hun ouders de eigen grenzen mogen verkennen en ik ben iedere keer weer verbijsterd over de werking en verbetering in het dagelijks leven door het spelen met een simpel touw. :-)


In de training weerbaar communiceren wordt het weerbaarheidsspel gebruikt om kinderen te leren omgaan met assertiviteit, agressief gedrag en niet over je heen laten lopen. Er is nog een vierde manier die ik elegant je zin krijgen noem en die voorbij gaat aan de andere drie en met name voor pubers heel aantrekkelijk is.

Wil je kinderen leren over gezonde weerbaarheid? Word dan trainer van de training Weerbaar communiceren.


Lees ook: Wie heeft de regie in huis?
Lees ook: 7 manieren voor het vergroten van vertrouwen
Lees ook: Je luister niet naar me
Lees ook: Ben jij een versterkende of een verzwakkende ouder?
Lees ook: Sta je voor of achter je kind?
Lees ook: Je hebt me teleurgesteld
Lees ook: Ouders op dezelfde lijn?
Lees ook: 11 tips voor ouders


Je las een blogartikel van Centrum Tea Adema…

…maar kijk gerust ook eens naar de andere informatie op onze website:

Op de hoogte blijven van nieuwe artikelen en video’s vol tips en inzichten?

Like dan onze Facebook-pagina of schrijf je in voor onze 2-wekelijkse nieuwsbrief. Allebei mag ook. ;-)